GSRO blog
Over station Arnhem en Breda
De steden Arnhem en Breda hebben sinds nog niet zo heel lang een volledig nieuw station. In beide steden heb ik ook langere tijd gewoond en daarom heb ik met interesse de bouw en voltooiing van beide stations gevolgd. Het zijn allebei zonder twijfel opmerkelijke gebouwen geworden met duidelijk hun sterke kanten: in Arnhem is dat het bijzondere ontwerp dat de stationshal er met al die kunstige welvingen uit laat zien als de binnenkant van een schelp van een kolossaal zeedier. En ook van de buitenkant oogt het station vanuit bepaalde hoeken zonder meer fraai en modern. Van het station in Breda is de kloeke schaal dan weer zonder meer geslaagd, vind ik. Zeker in vergelijking tot het oude stationnetje is er een sterke statement gemaakt die past bij de ambitie van Breda als HSL-halte. Ook vind ik de luxe ogende materialisering met veel natuursteen en bijvoorbeeld de zichtbaarheid van de bussen vanaf de perrons erg goed geslaagd.
Tegelijkertijd vind ik het zeer opvallend dat in beide gevallen de functionaliteit van die stations toch wel behoorlijk tekort schiet.
Arnhem
Om te beginnen met Arnhem is het vooral toch wel merkwaardig dat aan de buitenkant een brede trap zit die naar het kantoorplein van het WTC voert, want hier maakt eigenlijk niemand gebruik van. Namelijk omdat er binnen –gespiegeld– nóg een trap is èn er nog een roltrap is! Hoeveel mensen moeten eigenlijk helemaal van en naar dat kantoorplein? De looplijnen van bijvoorbeeld de fietsenstalling naar de stationshal zijn ook niet bepaald logisch; je wordt in de looproute gedwongen tot een rare hoek waarbij je ook nog de mensen die daar op de bus wachten in de weg zit. Verder staat op één van de perrons een liftschacht zo dicht bij de rand, dat hier voor de veiligheid een lullig hekje voor geplaatst is. En de kiss&ride plek, voor auto’s alleen te bereiken via een smalle hellingbaan, zit zo goed verstopt aan de achterkant van het station, dat nog steeds bijna niemand die weet te vinden, zo lijkt het. Niet dat het daar overigens erg prettig is om te wachten, want tussen die twee WTC-torens sta je echt in een tochtgat.
Breda
Station Breda kent dan weer zijn eigen manco’s. Zo richt het station zich in een vrij absurde dwaling naar de àchterkant, waar het station zich presenteert naar, tja… niet meer dan een woonstraat eigenlijk. Met de voorzijde (de zijde waar de binnenstad ligt natuurlijk!) is dan weer bitter weinig gedaan; geen statige stationshal als blikvanger in de zichtlijn van de Willemstraat (de as naar het centrum), maar een brede en lage trap die de argeloze bezoeker een donker ‘gat’ in voert. Verder is toch wel erg merkwaardig dat vrijwel alle winkels zich buiten de reguliere looplijnen bevinden aan een soort ‘zij-lusje’. Fietsenstallingen zijn verder aan beide zijden overdekt met een soort balkonnetjes waarvan elk nut me ontgaat. De fietsen staan in ieder geval nog steeds vol in het zicht…
Conclusie
Volgens mij is er bij het ontwerp van beide stations dus wel echt wat misgegaan. Ik weet niet precies hoe de planvorming is verlopen, maar ik heb het idee dat dit komt doordat in de planvorming de functionaliteit te weinig een rol heeft gespeeld. Ik zou toch wel durven zeggen dat een ontwerp van een station altijd zou moeten beginnen met een grondige analyse van functies, (loop-)routes en gebruikswensen. Dit moet dan leiden tot een ontwerp waarin alles optimaal in elkaar valt; met ruimten die precies groot genoeg zijn, functies die op exact de goede plek liggen en looplijnen die overal zo doelmatig mogelijk zijn. Ik denk aan bijna een soort ‘casco-ontwerp’. Pas daarná zou aan architecten als Ben Van Berkel en Koen van Velsen moeten worden gevraagd om daar nog een goede vorm aan te geven. Nu dit blijkbaar niet is gebeurd, zitten we opgescheept met twee stations die wellicht qua ontwerp nog heel aardig zijn, maar helaas verre van optimaal kunnen functioneren. Teveel ‘function follows form’ dus. Bij een gebouw waarin functionaliteit minder belangrijk is, zoals een museum of misschien een theater, was dat misschien niet zo erg geweest, maar voor een station vind ik het jammer!
Reacties 1
Mooi verwoord. Ik ken m.n. station Breda omdat ik daar woon. Wat een mislukking dat ontwerp, precies wat je zegt de voorkant zit aan de achterkant, bezoekers duiken een soort zwart gat in naar het station en de winkels liggen helemaal uit de route, ik kom er nu nooit meer terwijl ik in het vorige station heel snel nog even naar de Bruna en Etos ging.
Daarnaast zitten er ook nog ontwerpfouten in, de fietsenstalling aan de stadskant loopt bij elke regenbui onder .... en ook op veel plekken bij de perrons en halletje beneden aan de trappen naar de perrons is wateroverlast als het langer of heviger heeft geregend ...
Ik snap dan ook niet dat dit gebouw een architectuurprijs heeft gekregen. De functionaliteit telde blijkbaar niet mee bij deze prijs.